PHILIPS
RECORDERS
E L3538A-oo

2echr±ische gegevens
Netspanning : 110 127 220 245 V
Verbruik : ± 60 Watt
Buizen : EF86 ECC83 ECL82 EM
Bancisnelheden: 4,75 cm/sec 9,5 cm/sec
Freguency bereik :
4,75 cm/sec. 50 9, 5 cm/sec. 50
19 om/sec.
50

50 Hz
81
EZ8O
19 cm/sec.
- 7000 Hz
—15000 Hz
-20000 Hz

Spoeldiameter : Max. 18 cm.
Speelduur : 4,75 9,5 19 cm/sec
Normaal band. : 2x120 2x60 2x 30 min.
Langspeelband. : 2x180 2x90 2x 45 min.
Snel vooruit- en terugspoelen :+ 2 min voor 360 m band.
Ingangsgevoeligheid : Mikrofoon 5 mV
Radio (diode) 5 mV
Piek-up 200 mV
Dutput : max. 2 Volt
2,5 Watt.
Uitgangsimpedanties : 5 fl

ii
Copyright Central Service Division NV. PHILIPS’ GLOEILAMPENFABRIEKEN, Eindhoven
Confidential information for Philips Service Dealers

Geschikt voor voeding uit wisselstroomnetten.

4’

ias en wisfreguentie toorniveau

(diode)
hoogohinig of diodeaansluiting voor weergave over een afzonderlijke versterker
45 kHz
beter dan - 42 dB

Printed in Hollend

93.711.19.1.27

 

 

SERVICE 1
INFORMATION 1

1 J t
1 1

t
1

t
1

 

Uitwisselen en instellen van onderdelen
Qpmerking:
Na reparatie de iosgedra±de schroeven en moeren goed borgiakken
Voor het smeren van de te ervanen onderdelen wordt verwezen naar hoofdstuk H
1, Uitkasten
Verwijder de knoppen en “6” en de kappen “4” en Draai de sierschroeven “3” en de 2 cilinderschroeven los.
• Verwijder de afdekkap
Verwijder de deksel
“199” van de bodemplaat en de PVC ring van het netsnoer
Draai de moeren van de haken “17” los0
• Til het loopwerk uit de koffer
II- Toetsen
“9” (zie fig. 12 en 15)
a Vervanging
Draai schroef “116” los en verwijder pen “70”.
Haak de veren
“68” “69” en “95” los van de beugels “97” en “32” en de veren “37” en “109” los van de beugels “100” en “10Oa”
Verwijder schreef “H2” en beugel “1O3”
Draai de vier bevestigingaschroeven van de twee montage—
beugels een paar slagen los.
• Schuif nu de gehele samenstelling eerst naar links en daarna naar voren Buig hierbij de beugels
“97” en “32” iets uit elkaar.
• Verwijder nu de klemring “104” , waarna de as “101” zo ver als het nodig is, om de beschadigde toets te kunnen verwisselen, naar links getrokken kan worden.
Denk om de ringen en busjes, die tussen de knoppen aangebracht
zijn.
Boor nu de as “99” “99” of “102” van de uitgewisselde toets
Hermontage in omgekeerde volgorde.
b Controle.
In de ruststand van C2 en
(3 worden de schakelstrippen door de veren “107” en ‘iO8” naar voren getrokken tot ze met hun eerste contact tegen de opstaande montagebeugel rusten.
SK3. Druk de weergeeftoets in
1.
De statorcontacten en de contacten van de sohakelstrip van SK3 moeten goed tegenover elkaar staan0
Dit is in
te stellen door de lip van beugel “32”, waarmee de strip naar achteren geschoven wordt, te verbuigen.
2. Als de weergeeftoets tot zijn stootpunt is ingedrukt mag de weergave niet onderbrok€n worden en mag het apparaat niet gaan gillen.
Is di-t wei het geval dan de moeren, welke de beugel “66” opsluiten, een paar slagen op de stand 38 draaien, zodat de weergeeftoets niet meer zo ver ingedrukt ken worden.

EL 3538 —3—
3K2. Druk de opneemtoets in.
1.De stator- en doorverbindin’scontacten van SK2
moeten ooci toenover elkaar staan.
In
te stellen : als boven.
2.Druk de opzpoel— en daarna teruspoeltoets in.
De opnecm-
en vcor2eeftDets riiceten nu door strip “100” eblokkeerdv.or den.
III. Toetsen
“11
• Veriïi jder de veer “25”, of de veer “53” en de veren “37” en
-1
• Drai ‘ie scLro “1 i ecn tar L3laen loo.
Veru:ijder de kle::ri:: ‘ni trh de stan “101” zover als het ncdi is uit ntt .araat.
• Controleer na 1or
tie hot .toppen, o— on teruspoeleii. Ai cie teru.L— 0fl o iroltcets intdrukt is, moeten de opneem— en aeei;ocitu. t lLvoer. :ijn.
IV. Toetsen “14” en “in (±‘i. 17/18)
a.
Voroi der da :jlii.pen de rirt “145”, “144” of “145”, ‘‘1 54” en ‘1 5” en iz “1 42a’’
• TreK
no “142” zo er alo Let ne1i io ooi de bacchadiede toets ut t :;i3zlE.:, naar rocLt uit Let aTiaraat.
b. rcikien
Ccntoleer a juiste stond van de schai:clstrip V2fl SKi met de stanaan van ‘lazj sonaicelaar, die etekond zijn op de principescherna’s.
De juiste stond van de schaI:c1ctri tij inedrukte
9,5 cm/sec (5”/sec) en 4,5 cm (i 7/8”/soc) kan inezte1d worden door do opstaando lioen van beugel “120” naar vcren of naar achteren to verbuigon.
V We fs kJonr j”23
a. _________
Verviijder dc linker spoalschotel, meeneenschijf, as en kopLelrol.
o Verwijder veer “108”.
• Soldeer de verbindingen las.
• Trek de schakeistrip aan de achterzijde uit het apparaat. Vorwijder de strip met de statoroontacten.
b. Controle
De contacten van de scakoistrip moeten zov:el in de xust—
stand als in de staJ. voerLave in Lot middon van de stotor— eontactm liçnen. Ze aceton oed contact net elkaar ma:on. : de ruststancL oort ‘i oLa.:lotrip act hot eort contact tecn de getrokhon.

EL 3538
In de stand weergave kan de stand van de schakeistrip ingesteld worden door het verbuigen van de onderste lip van beugel “32”.
VI. Opneemschakelaar
SK2 “24”
Vervanging en controle als onder V beschreven is.
Vu0 Relais Rel “57”
a. Instellingen
• De contacten 93 en 94 van 8K8 moeten als de opneem— of weergeeftoets of de op— terugspoeltoets ingedrukt is goed contact met elkaar maken.
Zonodig de koperen strip van 8K8 verbuigen.
b. Controle
• Druk de weergeeftoets in.
• Sluit het apparaat aan op 180 V en zet de spannings— carrousel in de stand 220 V.
• Sluit de contacten van SK9 kort. Het relais moet nu zijn contacten sluiten en Re2 moet de vergrendeistrip “lOOa” wegtrekken.
VIII.Poetskop K2 “39”
a. Instellingen
De bevestigingeschroeven “165”, “166” en “167” moeten zo ver vastgedraaid worden dat de bovenkant van de kern van de kop 0,5
mm boven de band uitsteekt.
b. Controle
Neem een signaal van 1000 Hz met een ingangsspanning van 200 mV op de radio/piek-up ingang Bu3 op, waarbij de volumeregelaar geheel rechtsom gedraaid moet zijn.
• Geef deze opname weer en regel met de volumeregelaar “6” tot de uitgangespanning op de L
- uitgang 1 V bedraagt en laat de volumeregelaar in deze stand staan.
• Draai de band om en poets het spoor, dat tegenover het spoor ligt, waarop net de opname gemaakt is.
Draai nu de band weer om en geeft het 1000 Hz signaal weer.
De uitgangsspanning moet nu
>. 850 mV bedragen.
Is deze spanning te laag, dan is de kop te laag ingesteld.
• Controleer het stoorniveau. Is dit te hoog, dan de draden van de motor en/of de draden van de nettransformator om- draaien.

EL 5558 —5—
IX. Opneem/weerroefkop Ki “4Q
a. Instellin’
De bevestigingsschroeven “171”, “160” moeten zover vastge—
draaid worden, dat de bovenkant van de kern van de kop gelijk ligt met de bovenkant van de band.
Leetinstel liri
Sluit een buisvoitacter op de L
uitgang aan.
• Breng een tostband met 8000 Hz, opgenomen op 19 cm/sec.
(71-”/sec) bandsnelheid, aan.
• Draai de voluraeregelaar “6” en de klankkleurregelaar “5” geheel rechtsom
Druk de 19 cm/sec (7-”/$ec) snelheidstoets in.
Stel nu met schroef “iCi” zo.in, dat maximum uitslag van
de buisvoitmeter vïordt verkregen.
Qpr:erkin : iien testband met 6000 Es, opgenomen op 19 cm/ sec (7-k”/zec) bandarielkeid wordt door de Centrale service Afdeling geleverd onder codenumsier A9 868 59.
b. Contrele
• Poets een stuk band.
Draai de band om en neem een signaal van 1000 Hz met een
ingangsspannin van 200 siV op de radio/nick—up ingang op het spoor, dat tegenover kat net epoetzte spoor ligt, olD.
• Draai de Lind weer om en speel het gepoetste spoor af. De 1000 Hz toon mag
nu niet hoorbaar zijn. Is dit wel het geval dan staat de kop te laag en moeten de schroeven 171’ “180” en “181” 6n of twee slagen losgedraaid worden. Hierna de spieet van de kop met de testband weer instellen.
Aandrukvilt “.1”
Controle
Het aandrukviltje moet zonder tegen het afschersikapje geklemd te raken tegen de kop Ki aingedrukt vorden en moet goed tegen de spieet van de kop drukken.
De aandrukkracht viin het viltje moet 15—25 grv bedra8en, en is als volgt te meten
Breng een stuk band
langs de koppen en buiten de toonas om aan..
• Leg een knoop in het uiteince van de band aan de kant van de toonas.
Druk de weergeeftoets in.
• Steek de
OITS van een veerdruk—meter in de knoop en trek de band naar rechts.
• De kracht, die nodig is eis de band in beweging te krijgen, moet liggen tussen 15 en 25 gr.
In te stellen door de veer van de afscheriskap te verbuigen.

—6— EL 3538
XI. Vliewiel “44” (fig. 11 15, 14)
a. Vervanging
• Verwijder de rem, aandrijfsnaren “60” en
61” , spoel— schotels, assen en koppelwielen.
Draai de schroeven “85a” los en verwijder de plaatjes “03”
en de beugels “84”.
• Verwijder veren
“53”, “25”, bandgeleider “46” en de ‘oeugels voor het opspoelen en terugspoelen.
• Draai de schroeven “71” en “116” los
en verwijder lager— plaat “72” en lager “73”.
• Draai de drie bevestigingsschroeven van de montageplaat,
waarop o.a. de lagerplaat ‘72” gemonteerd is, los en verwijder de montageplaat, zodat het vliegwiel uitge.omen kan worden.
Let hierbij op dat de aansluitiraden van de
o/w kop, poets— kop en 81(8 niet kapot getrokken worden.
• Vervïijder het vliegwiel.
Vermijd hierbij, dat het onderste lager gaat draaien.
OpmorkinP : Draai bij de hormontage de bevestigingeschroeven van de moatagenlaat en van de lagcrplaat losvast aan.
b. Instelling
1. Plaat,je ‘8”.
• Dit plaatje moet zo ver omhoog geschoven worden tot de opstaande rand van de spoelschotel, waarop de spoel komt te ligwen, zich 50
+ 0,5 mm boven het frame bevindt.
2. Vliega’iel “44”
• Druk de snelheidstoets 19 om/zee (7”/sec) in.
• Schakel het apparaat uit door het indnikken van het knopje “12”.
Het vlie viel moet nu
4 min, uitloen. Hierbij mogen geen van dc tussenrollen “47” tegen het vliegvriel komen. Dit is in te stellen door de montageplaat langzaam heen en weer te schuiven.
• Is de uitlooptijd goed. dan de schroeven “71” vastdraaien.
Hierna nogmaals de uitlooptijd controleren. Is deze goed
dan de drie bevostigingoschroeven van de montageplaat goed vastdraaien,
• CorLtroleer de uitlooptijd. van het vliegwiel.
Controleer nu of dc bovenste tussenrol bij ingedrukte snelheidztoets zich onder do rand van
het vliegwiel bevindt.
De hoogte kan ingesteld worden met de taatcc1roef “82”, Na het instellen cle hor8rJoer goed vastdraaien.

EL 3538 —7—
• Controleer het op— en terugspoelen en de bandloop tijdens het opnemen of weergeven.
De band moet zich zonder te wringen langs de koppen bewegen en moet glad langs de aandrukrol “43” lopen.
• Druk de snelheidstoets 19 cm/sec (7-”/sec) in. De andere druktoetsen mogen niet ingedrukt zijn.
De aanloopspanning moet nu <180 V zijn, waarbij de netspanningsoarrousel op 220 V moet staan.
XII, Bandge].eider “46”
Instelling

De bandgeleider moet zo gemonteerd worden dat de punt naar het midden van de toonas wijst.
XIII. Tussenrollen “47”
a. Vervanging
1. Bovenste tussenrol
. Verwijder het ontlastbeugeltje van het netsnoer.
• Draai de bevestigingsschroeven van montagebeugels van de druktoetsen-unit los en trek de samenstelling naar voren.
• Verwijder het kapje “154”, klemring “153” en ring “152”. Nu kan de tussenrol verwijderd worden.
2. Middelste tussenrol
Verwijder de bovenste tussenrol.
• Verwijder het kapje “150”, knijpring “149” en ring “148”.
• Til de bovenste geleidebeugel op en verwijder de tussen— rol.
3. Onderste tussenrol
• Draai de gehele samenstelling om zijn
lengte—as om. Verwijder kapje “133”, klemring “132” en ring “131”.
• Nu kan de tussenrol verwijderd worden.
b. Controle
1. Als geen der snelheidstoetsen ingedrukt is, moeten de tussenrollen minstens 0,5 mm van het vliegwiel en van de poelie verwijderd zijn.
2. De druk van de aandrukrollen tegen de poelie en het
vliegwiel moet 400-500 gr. bedragen.
Dit is als volgt te meten
• Druk de
4,75 cm/sec (i 7/8”/sec) snelheidstoets in.
• Houd het uiteinde van de arm van de veerdrukmeter
achter het aan de
achterkant van beugel “56” uitstekende gedeelte van de bovenste geleid.ebeugel.

—8— EL 3538
• Beweeg nu de
veerdrukmeter in de richting van de bovenste tussenrol en lees de uitslag van de meter af op het moment dat de aandrukrol van het vliegwiel en motorpoelie wordt afgelicht.
• Controleer op dezelfde manier ook de drukkracht van de andere tussenrollen.
3. De tussenrollen moeten bij ingedrukte snelheidstoets in het midden van het bijbehorende poelie gedeelte lopen en niet op de rand.
4. De bovenste tussenrol mag niet op de rand van het vlieg— wiel lopen. Voor het eventueel instellen van het vlieg— wiel zie onder punt XX.
5. De netschakelaar moet door hefboom )hl46att worden uitgeschakeld als de knor 7i2ti wordt ingedrukt.
XIV. Motor p52”
a. Vervanging
• Soldeer de verbindingen los.
• Draai de vier bevestigingsschroeven los.
• Draai de bevestigingsschroeven van de lagerblok een paar slagen los.
• Houd nu de poelie vast en draai de as van de motor rechts- om en trek tegelijkertijd de as uit de koppelveer p161”.
Opmerking : Draai de schroeven van de lagerblok bij de her- montage losvast aan.
b. Instelling
• Sluit het apparaat aan op 100 V, waarbij de spanningscarrousel op 220 V moet staan.
• Verwijder de aandrijfsnaar
“61’.
• Schakel de netschakelaar in door beugel “146a” naar boven te draaien.
• Stel nu de lagerbok met poelie “54” t.o.v de motor zo in, dat de motor aanloopt. Let er op, dat geen van de tussen- rollen tegen de poelie komt
• Draai de schroeven van de lagerbok wat meer aan en schakel de netschakelaar een paar keer in en uit. De motor moet dan steeds aanlopen.
Draai nu deze
schroeven aan met een koppel van 30 cm kg en controleer het starten van de motor nog een keer om te zien of de lagerbok niet verschoven is.
Breng de aandrijfsnaar “61” aan.
• Controleer
of de tussenrollen in het midden van de loop- vlakken van de poelie lopen en niet op de randen.
Controleer het stoorniveau. Is dit te hoog, dan de aansluit- draden van de motor oradraaien.

EL 3538 —9—
XV. Laperbok met poelie “54”
a. Vervanging
• Verwijder de aandrijfsnaar “61”.
• Draai de bevestigingsschroeven los.
• Houd de poelie vast en draai de motor rechtsom dan kan veer langzaam van de motor—as verwijderd worden.
Opmerking : Draai de bevestigingsschroeven bij de hermontage los—vast aan.
b. Instellin_g
Als onder XIV punt b besproken is.
XVI. Spoelschotel “56” rechts
Instelling

1. Druk de toets “STOP” in.
De onderkant van de spoelschotel moet nu ongeveer 1 mm boven de rubberen doppen “88” liggen.
Deze afstand is in te stellen door dn of meer PVC ringen aan te brengen. Onder codenumrner A9 868 66 worden 150 ringen met verschillende dikten in een zakje geleverd.
2. Druk de opspoeltcets in.
De spoelschotel roet nu goed op de drie rubberen doppen liggen.
3. Slipkoppeljng
• Leg een volle 7” spoel op de spoelschotel “56”.
• Leg een knoop in het uiteinde van de band.
• Steek de arm van een veerdrukmeter in de knoop en meet de kracht, die nodig is om de spoel linksom te laten draaien. Deze kracht moet 18
+ 2 gr. zijn.
• Draai de spoel om en meet de kracht, die nodig is om de spoel linksom te laten draaien. Deze kracht moet 23 ± 2 gr. bedragen.
Zijn deze krachten niet goed. dan moet de viltring en de bovenkant van de rneeneemschijf “92” met tetrachloor—koolstof schoongemaakt worden.
XVII. Spoelschotol liiks 62 (zie XVI echter slipkoppel 8—10 gr.)
Rem.
Instelling

1. De rerakracht van de linker rem moet 100-200 gr. bedragen en is als volgt te controleren
• Druk de toets “STOP” in.
• Leg een volle 7” spoel op de linker spoelschotel en leg een knoop in het uiteinde van de band.

-.10— EL 3558
Steek de arm
van een veerdrukmeter in de knoop.
Meet nu de trekkracht, die nodig is om de spoel linksom te laten draaien.
Idem rechtsom draaiend :
35—85 gr.
2. De remkracht van de rechter rem moet 100-550 gr. bedragen en moet op dezelfde manier gemeten worden als onder 1 beschreven is, echter rechtsomdraaiend.
Linksom : 65
85 g0
Eventueel de remveer “58” een gat verzetten.
XVIII. Zelfinstellend lager “73”
a. Vervanging
• Draai de schroeven “75” los.
• Draai de moer
van de bandgeleider “46” los.
• Neem nu lagerplaat en lager van de toonas.
• Na hermontage de toonas vetvrij maken met tetrachloor— koolstof.
b. Controle
Controleer de uitlooptijd
van het vliegwiel, zoals beschreven is onder XI punt b-2.
Opmerking : De lagers van het vliegwiel mogen door de lager platen niet geheel vastgeklemd worden.
XIX. Zelfinstellend. lager “78”
a. Vervanging
• Als beschreven is onder XI punt a.
• Het lager kan verwisseld worden, nadat de schroeven “81” zijn losgedraaid.
fij hennontage de schroeven “81” niet vastdraaien.
b. Instellingen
• Als beschreven is onder XI punt b.
Als het vliegwiel ingesteld is, de schroeven “81” om de beurt een slag aandraaien. Het lager mag echter niet door de lagerplaat vastgekleind worden.
• Controleer na het aandraaien van de schroeven “81” nogmaals de uitlooptijd van het vliegwiel.

EL 3538 —11—
XX Taatschroef_“82”
a Vervanging
Draai de boraoer een paar slagen 1os daarna kan de taatsschroef worden losgedraaid.
b tli
De schroef moet zo -7orden ingesteld, dat
L De bovenste tussenrol
“47” zich onder de rand van het vliegwiel bevindt als de toets 4,75 cm/sec (i 7/8”/sec) is ingedrukt.
2 De axiale
speling 0,5 mm is
XXI. Koppelwie1en “j”
a. Instellin
De hoogte van d koppe.Lv-ielen moet zo ingesteld worden, dat de iigplaatzen van de poelie en de beide koppelwielen voor de aandrijfsnaar in hetzelfde horizontale vlak liggen. De hoogte kan ingesteld worden door én of meer ringen “86” aan te brengen. Onder codenuinmer A9 868 65 worden 150 ringen met verschillende dikte geleverd.
b. Controle
Controlee het op— en terugspoelen met een 5”spoel Als er bij het terugspoelen moeilijkheden zijn, moet cn van de drie zwarte rubberen
dop en van de linker koppelrol vervangen worden door een witte.
De witte doppen zijn van een ander soort ru.bber gemaakt. Dit
rubber is zackter, waardoor de koppeling tussen de spoel- schotel en koppelrol beter wordt.
XXIISchake]aar SKI”124”
in
Soldeer de verbindingen los.
Verwijder veer
“123”.
Draai beugel “120’ tegen de draairichting van de wijzers van een klok in en neem stang “lik” uit zijn ligplaats. Trek de schakelstrip aan het uitstekende eind uit het apparaat.
Vervîijder nu de strip met
de statorcontacten,
b Instellln
Als beschreven is onder IV
punt b.

—12— EL 3538
XXIII. Kopielveer
“161”
Deze is te vervangen en is in te stellen als onder XV beschreven is.
XXIV. Relais Re2 “175”
a. Instelling
De hoogte van dit relais moet zo ingesteld zijn dat de vergrendelbeugel “lOOa” zo ver wordt weggetrokken, dat de ingedrukte opneern- en weergeeftoets in hun ruststand kunnen terugspringen, als het anker van dit relais is aangetrokken.
b. Controle
Het relais moet bij een netspanning van 180 V, waarbij de netspanningscarrousel in de stand 220 V moet staan, nog goed funktioneren.
Te controleren als onder VII punt b.
XXV. VolumereelaarsR5O en R31
a. Vervanging
• Verwijder beugel “30”. Meet eerst de afstand tussen de bovenkant van deze beugel en de rand van de holle as, waarop deze geklemd is.
Verwijder de afschermkap van de versterker.
• Soldeer de verbindingen los.
. Verwijder veer l?l23t
• Draai beugel “120” tegen de draairichting van de wijzers van een klok in en neem stang “118” uit zijn ligplaats.
• Trek de schakeistrip aan het uitstekende eind uit het a1paraat.
. Nu kan de moer van de volumeregelaar met een steeksleu— tel lcsgedraaid worden.
Opmerking : Bij het inschuiven van de schakeistrip moet deze met een schroevedraaier iets opgelicht
worden.
XXVI. Stekerplaat “19
Controleer de werking van de contacten van
31(4 en 31(6.
Steek een steker in de lijnuitgang Bu6.
De contacten 72, 73 en 74 moeten dan doorverbonden zijn en R30 kortaluiten.
b. 5K6
Steek een steker in de tweede luidsprekeruitgang. De contacten van 31(6 moeten nu de ingebouwde luidspreker uitschakelen.

EL 3538 —15—
XXVII. Bandcontaot SK
De beugel van het bandcontact moet zo staan, dat bij een volle
7” spoel het begin van de band niet tegen deze beugel aan kan komen. Pas als de helft van de bandvoorraad van de spoel is afgewikkeld, mag de band de beugel raken.
Band one iha id
a. i23ecj7/soc1.
• Druk de toets 19
em/sec in.
• Zet op
het losse uiteinde van een volle spoel een lengte af van 9,525 m (75”) en merk het begin en einde van dit stuk.
Breng de spoel met band aan.
• Vervîijder de sierkappen
‘‘4 en “10”.
Druk de weer,meeftoets in.
De tijd die ligt tassen het passeren van het eerste en tweede merkpunt moet 50
± 1 sec. bedragen.
b. ,5 em/sec (“/seC).
Als boven.
Pa tijd, die tussen het passeren van het eerste en tweede iaerkpunt ligt, maat liggen ;ussen de 102 en 98 ccc.
c
,75 c/c iL”Isee .
A1 onder aur:t
ke tijd, die ligt tussen het ,asseen van de twee merk— punten, moet liggen tussen 2C en 194 sec.
XLIX. Onderhoud ensin
a. Onde rh oud
Het 1adafali jsc noot zo na
ee dan van de kopren, toonas, aandrukrol en banJgcleidcr worden verwijderd. Vorwijder hiertoe do afdekkappen “4” en “10” en maak de genoemde onderdelen met een met tetrachloorkoolsto±’ bevochtigde (lOok of kwastje (geen nylon) schoon.
De toetzen mogen alleen met con droc .oek schoongemaakt worden. Hierbij geen fetrackloerkoolstof, tri, o.cl. gebruiken, daar dan de lak, waarmee çic toetsen zijn bespoten, o1)lOSt.
Na ongeveer î00 bedrijauron moeten de volgende lagers
met n of twee druppels olie gesmeerd worden.
1 De lagers “75” en “70” van het vliegviiel.
2. De legers van de motor
5 Dc laacra van de pcclie.
4. Hot lager van de aandrui:rol.

—14— EL 3558
Aanbevolen wordt om “Esso Handy Gil” te gebruiken. Deze olie
kan onder codenurnmer Cl 602 17 geleverd worden.
De
volgende onderdelen met “Shell Alvania Grease EB2” smeren
(codenummer A9 024 ii).
1. De ligplaatsen van de lagers
“73” en “78” van het vlieg— wiel.
2
De lagers van de tussenrollen “47”.
3. De zijkanten
van de opneem-, weergeef-, opspoel— en terugspoeltoets.
4. De beugels “32” en “97” aan weerskanten van het slopgat.
5, De lip van de beugel van knop
fl711 en wel daar, waar veer “67” zich bevindt.
6. De doornen van de beugels
“19”, “65”, “66”, “120”, “178” en “183”.
7. Het uiteinde
van de beugels “51” en “84”.
8. De beugel “67” en wel aan weerskanten van het slopgat en vlak achter de opstaande lip met het remviltje.
9. De doornen voor de koppelwielen “87” en de assen “89” over de gehele lengte.
10. Het uiteinde van de blokkeerstrip “100”.
Bij het smeren van de onderdelen moet er goed opgelet worden, dat er geen vet of olie op de rubberen delen komt.
1. Ombouwvoorschrjft voor het ombouwen van 50Hz apparaat in een
60 Hz en omgekeerd.

1. Neem het loopwerk uit de koffer.
2. Soldeer de verbindingen van de motor met de nettransformator als volgt om.
draad : motor-nettransfornatcr van 2’ naar 5’
) van 50 Hz draad : motor-nettransforriator van 51 naar 4’ ) in 60 Hz
draad : motor-nettransformator van 3, naar 2
) van 60 Hz draad : motor-nettransformator van 4* naar 51 ) in 50 Hz
5. Verwissel de geleidebeugels van de tussenrollen. De afstand tot de nieuwe elie is anders bij de in 60 Hz omgebouwde apparaten te groot of bij de in 50 Hz omgebouwde apparaten te klejn.
• Verwijder het ontlastbeugeltje van het netsnoer.
• Draai de vier bevestigingsschroeven van de montagebeugel los.
• Trek nu de gehele samenstelling naar voren.
• Vervrijder nu achtereenvolgens kap “154”, klernring “155” ring “1 52” en de
bovenste tussenrol “47”.
• Buig nu lip “125” recht en verwijder de bovenste geleide— ‘beugel “51”.

EL 3538 —15—
Verwijder kap “150”, klemring “149”,
ring “148” en de middelste tussenrol “47”.
Buig nu lip “125” recht en verwijder de middelste geleide— beugel “51”.
IJonteer de nieuwe geleidebeugels in omgekeerde volgorde. Draai daarna de gehele samenstelling om zijn lengte—as, verwissel de onderste geleidebeugel en schuif de samenstelling weer op zijn plaats.
4, Verwissel nu de iDoelie
Verwijder hiertoe de aandrijfsnaar
“61”.
Draai de schroeven van de laerbok los.
• Houd de propeller van de motor vast, draai de poelie linksom en trek tegelijkertijd de veer “161” van de motoras af.
• Draai de veer van de nieuwe poelie op dezelfde manier op de motor as.
• Stal het apparaat aan or 00 V
, waarbij dc spanningscar— rousel in dc stand 220 moet staan.
Schakel de netschai:elaar 0K7 in door de beugel “146a” omhoog te draaien
De poelie moet nu zo ingesteld worden, dat de motor gaat
draaien (Geen der tussenrollen mag tegen de poelie komen).
• Draai de schroeven van de laerbok met een koppel van 50 cmkap vst, en :chakel
ox7 nop een paar keer in en uit en coritroleer het aanlopen van de motor.
Breng de aandrijfsnaar weer aan.
Controleer de bandsrelheid. en het op— en terugspoelen.
5. Stel geleidebeugels voor 50 iIz A9 86B 69
60 Hz
- Â9 068 70
Poelie voor 50 Iz T 860 78
60
Hz 7T 860 79
Contro leme ipen
a. uisniiIen
• Druk 6n der snelhedstoetsen in.
• Draai de volumcre::eiaars op minimum.
• ::eet de volcn&e aaaninpen t o aarde.

 

‘1f

6,3 + 5,5 ;

 

+1
+2
+3

270
260 ()
200

V
v
‘1

Tolerantie : ± 5 ‘,

 

 

—16— EL 3538

De cijfers, die tussen haakjes staan, geven het nummer van de buispennen aan. De letters geven de meetpunten op de montagestrip.pen, die in fig. 29 zijn getekend, aan.
b.. Opneemversterker
• Vervijder B5.
• Druk de opneemtoets en de hieronder genoemde snelheidstoets in.
Sluit een buisvoitmeter aan tussen meetpunt M2 en aarde.
1. Frequentiekarakteristiek van de radio/pick—up ingang.
• Sluit een L.F. —toongenerator aan tussen meetpunt Ml en aarde.
• Draai volumereelaar
“6v rechtsom en volumeregelaar 115H linksom.
• Regel de ingangsspanning Vi zo dat de uitgangsspanning Vu bij 1000 Hz 4,15 mV bedraagt als de toets 9,5 cm/sec (3-”/sec) is ingedrukt. (Vi moet dan 40 mV ± 1,5 dB zijn).
Voor het meetschema zie fig. 26.

+ Gemeten met - Vi
++ Gemeten met - Vi

 

 

Bi

 

32

 

B3

B4

 

 

Va

70

(E)

110

(F)

275 (L)

50

(7)

V

Va’

 

100

(H)

280

(9)

V

Vg2

 

 

225 (7)

 

V

Vk

1,75

(3)

1,7

(8)

15,5—17,5
(2)

 

 

v

 

Frec.

4,75 cm/sec
1 7/8” /sec

9,5 cm/sec
3-”/sec

19 cmn/sec
7,5”/sec

60
1000
8000
10000
14000
16000
18000

4,1 +
4,6
11,0 ++

4,1 +
4,15
7,1
10
12,0
+

4,1 ÷
4,15
4,6
5
6,5
8,4
13,0

Tolerantie

± 1,5 d.B

± 1 dB

± 1 dB

 

EL 3538

—17—

2. Frecuentiekarakteristiek van de microfoon-ingang
Sluit nu
1)U (.
Regel de
bij 1000
zijn).

• Sluit een LF - toongenerator aan op BuL
Druk de snelheidstoets 19 crn/sec (7j-”/sec).
• Draai volumoreelaar “5f’ rechtsom en volumeregelaar H6 linksom
• Regel de ir.gangsspanning Vi zo dat de uitgangsspanning Vu bij 1000 Hz 415 mV bedraagt (Vi moet
0,45 mV ± 1,5 ciB zijn).
• Voor r:ectscema zie Lig. 25.

de bufsvoltn:eter aan op cie afiuisteruit;ang
ingangazanning Vi zo dat de ug t --szpanning Hz 220 mV bedraagt. (Vi moet 0,5 mV 1,5 dB

5, agevoelieid.
Draai de schroeven .0, D en 0- een uaar alagen los en vernijder de afzoherahar.
Sluit een L.F. toongenerator aan op Bul
Dik
de znel1ieiciztoez i cm/zec (7’/sec) in.
• Draai
de volumcregalaar “6e’ eheel linksom en volume— regelaar “5 geheel roehtcco:::.
• Rcgai dc ing:n’- ;anning zo dat de uitga:igssaanning
z,i5 inV bedraagt.
iieetfrecucntie 1000 He.

 

Freq.

Vu

60 Hz
1000Hz
6000Hz
10000Hz
“4DOOHz
16000Hz

4,0 mV
415mV
4,8 rnV
52 ziV
65 m
9,3 mV

10000Hz 12,5 mV
Tolerantie j_L5 d

 

Freq.

 

Vu

 

60

11z

210

mV

1000

Hz

220

mV

6000

Ils

250

mV

10000

Ez

275

mV

14000

Hz

550

mV

16000

Hz

560

m/

0000
[Tolerantie

ziz tJ0
± 1,5

mV
dB

 

—18— EL 3538
Controleer de spanning op de hieronder genoemde punten.

4. Instellen van Q5
• Sluit een L.F.-toongenerator aan op de radio/pick—up ingang Bu3,
• Druk de snelheidstoets 19 cm/sec (7--”/sec) in.
• Regel de ingangsspanning bij 1000 Hz op 110 mV.
• Stel de uitgangsspanning met R30 in op 4,15
rnV.
• Regel nu de frequentie van de toongenerator âf op 16000
Hz.
-
• Regel de uitgangsspanning met C5 af op 6 mV 1,0 dB.
Qpnierking : C5 moet aangebracht word.en als B2 oscilleert en nadat de hieronder genoemde eventuele oorzaken zijn gecontroleerd.
Het oscilleren van B2 is te herkennen aan het geheel of gedeeltelijk sluiten an de gevoelige delen van de niveau-indicator B4. De frequentie is niet te horen.
Oorzaken :. Aardverbinding van Bul onderbroken.
• Groene draad van steunpunt Spi koppelt met R30 (De draad naar boven buigen).
Blauwe draad van het steunpunt tussen de contacten 22 en 20c koppelt met de grijze draad
van contact 5 . (De draden van elkaar buigen).
Contact 20 maakt geen contact. Groene draad van C1O koppelt met grijze draad van contact
59 (De draden van elkaar buigen).
5. Instellen van Li
• Draai de schroeven B, D en G een paar slagen los en verwijder de afscherrnkap.
• Sluit een L.F. toongenerator tussen de punten Ml en aarde.
Druk de snelheidstoets 9,5 om/zee (3-”/sec) in.
• Regel de frequentie van de toongenerator op 10000 Hz.
• Stel nu met de kern
van Li zo in dat de uitgangaspanning 10,0 mV bedraagt.
• Lak de kern goed af.

 

a

Bi (E)

64

mV

g

B2 (c)

15

mV

a

B2 (F)

53

mV

a

B2’(M)

50

mV

a

B2t(H)

2,4

V

 

EL 3538 —19—
c, eereefvorterker
Druk cie
weergeef- en de hieronder genoemde snelheidstoets
in.
Sluit een L.F. -toongenerator via een weerstand van
47 ko. aan tussen meetpunt M2 en aarde..
Draai de klankkleurregeiaar o.aeel recntzom.
• Voor ineetccheina zie fig 27
1.Freouentiekarakteristiek,emeten op de 2e iuidspreker— uit rren..
• Sluit een buisvoitmeter, waaraan een weerstand van 5,6 parallel is gcccha!:elci aan
op de 2e luidsTrekeruitgang Bu4.
Meet niet het hieronder gegeven ingangaspanningen Vi de uitgangsspanning als funktie van dc £racuentic.
95 - 19 cm/sec
vi reo -
5 7,5 /sec

2. GevcoLLheid van dci— utr
Sluit een buisvcJ.t:eter, waaraan een weerstand van 500 k: en con conacas!ator van 100 p2’ zijn aarallel geschaela, aan op de i utang Duo.
Druk dc srioihcidntcets 9,5 ca/zec (5 ‘/sec) in.
De uit:angsa:nin acet hij een inzangssignaal van
25 mV
- 1000 Hz 50 mV - 15 ciD bedragen.
5. evochJ.
• Druk de sne:heidztoets 15 cm/sec (5 “/sec) in.
Regel de ingansspanning Vi zo dat de uitgangsspanning van 13u4 bij 1000 Hz 440 mV bedraagt (Bu4 afgesloten met 5,0 ,.
nu de s.annia’ 01) de :ieronder genoemde punten.

 

125

60

Hz

2500

2500

2500

mV

12,5

200

Ez

950

950

950

mV

25

1000

Hz

790

580

430

mV

25.

8000

Hz

OLO

650

250

mV

25

10000

Hz

590

480

210

mV

25

14000

Hz

500

260

130

mV

Tolerantie

;

± L.5d3

--1 d6

+ 1 d3

 

 

—20— EL 3538

4. Controle van de klankkleurreelaar
• Druk de snelheidstoets 9,5 cra/sec (3*”sec)in.
Sluit de buisvoltreter over een weerstand 5,6 r aan op de tweede luidzreker uitgang Bu4.
• Met een
ingangssignaal van 140 mV 10.000 Hz moet de uitgangsspanninc van Bu4, als R31 geheel rechtsom is gedraaid 2,3 V en als R31 geheel linksom is gedraaid 0,50 V zijn (tolerantie 1,5 dB).
d. Overall karakteristiek
• Druk de snelheidstoets 19 cm/sec. (7- sec.) in.
• Zet de volumeregelaar R30 op maxim.mi en volwneregelaar R31 op minimum.
• Sluit een L.F. -tocngenerator aan op de radio/pick—up ingang.
• Druk de opneemtoets in.
• Neem met een constant ingangssignaal van 10 mV verschillende frequenties tussen 60 en 16000 Hz op.
• Sluit een buisvoltmeter aan op de L- uitgang Bu6.
• Draai de klankkleurregelaar geheel rechtsom.
• Druk de weergeeftoets in.
• De uitgangsspanning moet nu binnen een gebied van 6 dB liggen. Deze spanning bij 1000 Hz moet 80 mV zijn.
• In te stellen met C12.
De overall karakteristiek is met een bandsnelheid van 9,5 cm! sec en met een bandsnelheid van 4,75 cm/sec op dezelfde manier meten. Bij een bandsnelheid van 9,5 cm/sec moet de uitgangs— spanning bij de frequenties tussen 60 en 13000 Hz binnen een gebied van 6 dB liggen.
Het frequentiegebied. bij 4,75 cm/sec bandsnelheid ligt tussen 60 en 7000 Hz.
Opmerking : 1. Deze metingen kunnen via do meet-ingang M2 gedaan worden. Het ingangssignaal moet dan
0,875 mV bedragen.
2. Door C12 te veranderen regelt men de bijstroom door de opneemkop.

 

aBI (E)

42

mV

g B2 (c)

17

mV

aB2(F)

47

mV

a B2(M)

44

mV

a B2(H)

2,55

V

glB3 (1)

2,5

V

aB3 (L)

19

V

 

EL 3558 —21—
Deze bijstroorn is te controleren door de spanning tussen
M2 en aarde te meten.
Richtwaarde : 150 mV.
Door C12 te verkleinen krijgt men meer hoge tonen, en door C12 te vergroten krijgt men minder hoge tonen
5 Distorsie en stoorniveau, gecontroleerd bij 9,5 cm/sec.
Neem met een ingangssignaal van 110 mV 1000 Hz op, waarbij de L.F. toongenerator op Bu5 aangesloten, R50 geheel rechts- om en R51 geheel linksom gedraaid moet zijn.
Poets daarna een gedeelte van deze opname, waarbij de volumeregelaars geheel linksom gedraaid moeten zijn.
• Geef het opgenomen signaal weer.
• Draai de klankkleurre’elaar geheel rechtsom.
• Regel de uitgangsspanning van Eu4 op V (Bu4 afgesloten met
5,6
).
• De distorsie moet <5% zijn.
• De distorsie gemeten op de L-uitgang Bu6 moet
<4 zijn.
• Laat de volumeregelaar in deze stand staan en geef het gepoetste gedeelte van de band weer.
Het stoorniveau moet nu <25 mV zijn.
• Het stoorniveau ‘emeten op de 1 -uitgang Eu6 moet <14 mV zijn.
• Is het stoorniveau te hoog, dan de aansluitdraden van de motor en/of van de nettransformator omdraaien.

—22—

EL 3538

MECHANISCIE STUKLIJST

1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
14/15
16
18
19
22
23
24
25
27
35
36
37
39
40
41
45
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56

 

Pos.

Omschrijving

Codenummer

 

Telmachine

 

 

 

WT 898 21

Koffer
Sierschroeven

 

 

 

WT 252 23 WRB 801 UU/4x6

Sierkap

 

 

 

WT 252 15

Knop compleet met veer

 

 

 

WT 261 72

Veer voor knop 5

 

 

 

WRB 903 TT/5/32”

Knop

 

 

 

WT 261 73

Verrendelknop

 

 

 

WT 836 70

Luidsprekerrooster

 

 

 

WT 912 64

Druktoets

 

 

 

WT 261 75

Sierplaat

 

 

 

WT 252 17

Druktoets

 

 

 

WT 261 75

Drukknop

 

 

 

WT 261 68

Kofforslot

 

 

 

V3 468 59

Druktoets

 

 

 

WT 261 74

Handvat

 

 

 

WT 835 72

Spanwiel

 

 

 

WT 881 87

Lagerplaat voor pos. 18

 

 

 

WT 882 37

Trekveer

 

 

 

WT 740 69

Schakelaar SK3

 

 

 

WT 887 04

Schakelaar SK2

 

 

 

WT 886 66

Trekveer

 

 

 

WT 740 67

Microfoon plug

 

 

 

WT 865 57

Profielveer

 

 

 

WT 765 23

Trekveer

 

 

 

WT 740 66

Trekveer

 

 

 

WT 740 59

Poetskop
Opneem/weergoefkop

 

 

 

WT 855 05 WT 855 44

Aand.rukvilt

 

 

 

WT 821 53

Drukro].

 

 

 

WT 881 66

Vliegwiel met toonas

 

 

 

WT 886 03

As van dnücrol

 

 

 

WT 646 12

Dandgeleider

 

 

 

VIT 902 26

Tussonwjej.

 

 

 

WT 881 86

Schakelaar SK7

 

 

 

A9 869 12

Lampvoet B4

 

 

 

976/PW4x12

Profiejveer

 

 

 

WT 765 27

Stel geleidebeuge].s 50

Hz

 

 

A9 868 69

Idem voor 60 Hz

 

 

 

A9 868 70

Motor

 

 

 

JW 315 60

Trekveer

 

 

 

WT 740 67

Lagerbok met poelie 50 Idem voor 60 Hz

Hz

 

 

WT 860 82 ,,
WT 860 83
WT 740 81

Trekveer

 

 

 

Spoelschotel rechts

 

 

 

WT 821 93

 

EL 3538

—25—

WT 882 93
V’T 822 97
WT 740 94
WT 496 08
WT 496 09
7T 821
94
WT 135 16
WY 837 27
VÎT 740 56
WT 265 28
WT 277 17
WT 265 28
WT 477 20
/T 835 88
A9 868 65

57
59
58
60
61
62
63
64
68/6 9
73
77
78
79/80
82
86
87
88
89
92
94
95
96
98/99/102
107
108
109
123
124
126
1 30/131
136
138/139
/ 40
141
14 5t/ 148
15 1/1 52
155
160
161
168
t/m 170
172/1
73
174
176

Relais Rel
Rembeuge 1
Trekve er
Aandrijfsnaar voor telwerk
Aandri
j fsnaar
Spoelschotel links
Rubber tule
Schakelaar SK8
Trekveer
Lager
Lagerplaat
Lager
Rubber tule
Taatschroef
P.V.C. ringen
Koppelwiel rechts en links
Pro p
As links
As rechts
Meeneemschijf links
Idem rechts
Trekveer
Trekveer
D rukve er
As
Trekveer
Trekveer SK3
Trekve er
Trekveer voor
SKi
Schakelaar SKi
Drukveer
P.V.C. ring
Profjelveer
Ringen
Drukveer
Ringen
Ring
Profielveer
Ring
Koppe lve er
Veer
Veer
Relais Re2
Ring

WT
mm
.1.
WT
WT
WT
WT
WT
JT
WT WT
WT /T

882 54
252 12
887 00
886
99
477 97
886 55
740
67
740 56
730 46
616 97
740
84
740 56
740 58
740 65

WT 886 65
VÎT 730 50
A9 868 95
WT 765 26
A9 868 95
WT
730 43
A9 868 95
A9
868 95
WT
765 34
A9 868 95
‘/T 760 12
WT
750 42
WT 730 68
WT 882 91
A9 868 95

 

Pos.

Omschrijving

Codenuxnmer

 

ELECTRISC1 STUKLIJST
Ti
T2
LI
vii
R30 1 M
)
R31 1 )
R32 10 kci
Cl
. 50 F (12,5 v)
C16 100 F
(35 v)
C18 50+32+32F 400 V
C5 1...6 pF

—24.- 5 fl•
__ -
179
195
niuit1.ioat
Indicatieplaat voor pos. 195
196 Sierraarn
197 Spannins carrousel
198 Iodeiplaat
199 Deksel in bodemplaat
200 Afaekplaat voor spanninscarrouo ei

Code nuniae r
,dT 730 68
dT 887 02
WT 306 70
WT 230
95
WT 886 61
T 835 98 dT 855 04 T 306 75

WT 510 92 WT 511 21
WT 561 79
974/63
Bi 640 16
B8 305 08B/1OK
909/B50
AC 8102/100
 6027
907/1E-6E
907/10-50E

JFW/SR.

vct

t

0)

c’J
Is-

0
n

F
L&

--
T-

Tc )

r-

->-‘

115 66 114 65 35 113 112 111 110 103

38 67 117 116

37 i(2 100 l0Oa®
-1 -

101

97

72
73
74

108 70 t--- (5 97 32
1S22
71 Fig.6 92

77
78
79
80
81
82

89
88
87
‘86
85
84
83

) 7
83a F1g.5

F19.4

154153

\

\
\
\

157 156 ()

\
\\
\

132 133 134

C326 03

Fig.9

118

119

Fig.7

1) 125 R1852
Fi9.8

F i gil

/
1&
182
165
40
1 //
t/ 1
-
/
flv /
174 -j[’
Re2
Fi.12

F i g.13

u
ü
u
ü

Û
u

ü
u
u

u
ü

u
ü
u

ü
u

u
ü

ü ü

ü
ü
ü
ü

ü
ü
u
u

F1 g.1 4

Is, e
.0,

Fig.16

Fig.17

Fig.18

C32081

0

 

[AfF

Bu1-c

 

M2

Ml
[Z%J EL3538

M2

EL3538

 

0
c’J

SK3
POSITION
STOP

SK3
POSITION:
PLAY BACK
SK 2
POSITION:
STOP
SK2
POSITION:
RECORDING

5P7 2 S
SKi

Ml

SK4

98
96,
SK8

SK3 J
R5Q

62 22 15 44 524 17o 46 476 52 51 56 53 40
10$ 4$. 1$, 06$. 2Oc, 06$ 2Cd. 5$, 54$.
o$ so’, ss. 14

1R11

SK 3

Bi-B5

0 Os
611
04
K2 1

SKi
POSITION :71/2’ (l9cm/sec.)
7 1 8 4 3 6
SKi f F
2 5
PCi5ITION: 33/t.”( 9,5cm /sec.)
POSITIONî7/8’I.75cm/sec.)

SK2

16
L
Ki
1

3

2EV4

Lii ___ ___ 25 lOb 204 22112 61

710 -
SK ‘2
730
SK6

51

51
S”
51’

96

SK8

F

 

[R 20. 1.

7. 4.2. 5. 30.36. 31. 35.12,

9,

10. 11. 34.

1316,15,18$i’Z 19, El. 50.

0

1. 2. 3. 8.

4. 5.

26. 6.

7. 23.

9.

10.

11.

 

—-.-1

62 42 06 42 470 406 50 48 62 61 66 53 80

 

L..... lOo 01 13 466 40c07b 46 69 00d 19 50 55 57

62 42 05 14 470 40b 61 69 52 51 56 63 67 H
41 oo 06b loo 47b46o5900d 49 50 6557

 

204 052 29 2’ 0P3 556 SP6 60 58

24 26 25 20b’ 204 058’ 22 20d’ 27” o$ sPo
LL

261 29 21

uI,i ir.i0iZ

 

110 Il Il• 0 d3 u
F0
0
0
0
0 - 0
D 0
0
< <

..

1\)

L

0 0
0
0 0
1F
0g
1 o r

.1

1— -----
1 H 1

1
1

1I

flTT
/4

7

1

uj

1
0)
1

1
0: . oj4.
: ::I
-1

0 0 0
0 0 0
0
0 0
0 0 0
z z
0 0 0
0 m m
(0 (0
0 0 0
0 0 (0

N

1

1

220
1
1

6

PHILIPS
RECORDERS
EL 3538 -01-15.19
II
Specificatio.
EL 5538—01 is identical to the EL 3538—00 however for 60 c/s.
EL 5538—15 is identical to the EL 5558—00 however with 5—core mainsflex.
EL 5558—19 is identical to the EL 5558—00 however according to Semco prescriptions
Specificatie.
EL 5538—01 is gelijk aan de EL 5558—00 echter voor 60 Hz.
EL 5538—15 is gelijk
aan de EL 3538—00 echter met d.rie—aderig netsnoer.
EL 5538—19 is gelijk aan de EL 5558—00 echter volgens Semco—eisen.
Sp4cification.
EL 5558—01 comme EL 5558—00 cependant pour 0 c/s.
EL 5558—15 comme EL 5558—00 cepend.ant avec cordon de rseau
. trois conducteurs.
EL 5558—19 comme EL 5558—00 cependant selon les prescriptions Semco.
Spezifikation.
EL 5538-01 wie EL 5538-00 aber für 60 Hz.
EL 5558—15 wie EL 5558—CO aber rnit
5 adriger Netzschnur.
EL 5558—19 wie EL 5538—00 aber laut Semko Vorschriften.
Especificaci 6n.
EL 3538-01 es igual al EL 5558—00 pero para 60 c/s.
EL 3558—15 es ial al EL 5538—00 pero con cord6n de red de tres almas.
EL 5558—19 es iial al EL 5558—00 pero segiSn las exigencias Semco.
JFW/PvdE

SERVICE
INFORMATION

Copyright Central Service Division NV. PHILIPS’ GLOEILAMPENFABRIEKEN, Eindhoven
Confidential nformation for Philips Service Dealers
Prlnt.d in HoII.nd
95 711 49.1 .82